In dit onderdeel van de jaarstukken zijn de grondslagen per categorie balanspost opgenomen:
Immateriële vaste activa
De op de balans opgenomen immateriële vaste activa betreffen voorbereidingskosten die gemaakt zijn voor nog niet in exploitatie genomen gronden. De kosten zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Deze kosten worden voor een periode van ten hoogste vijf jaar geactiveerd. Ook worden bijdragen aan activa in eigendom van derden onder de immateriële vaste activa geactiveerd.
Materiële vaste activa
Activa worden gewaardeerd op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. In de vervaardigingsprijs kunnen voorts worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak die aan de vervaardiging van het actief worden toegerekend; in dat geval vermeldt de toelichting dat deze kosten worden geactiveerd.
Strategische gronden, voorheen Niet in exploitatie genomen bouwgronden
De strategische gronden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, dan wel lagere marktwaarde. Er wordt geen rente bijgeschreven op de boekwaarde van deze voorraden.
In erfpacht uitgegeven gronden
De in erfpacht uitgegeven gronden zijn gewaardeerd tegen de eerste uitgifteprijs. Onder de materiële vaste activa bevinden zich eigendommen van de gemeente Noordenveld die in erfpacht zijn uitgegeven.
Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven
Wanneer investeringen grotendeels of meer worden gedaan voor riolering of het inzamelen van huishoudelijk afval, dan worden deze investeringen voortaan op de balans opgenomen in een aparte categorie: de investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
Overige investeringen met economisch nut
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijging- of vervaardigingprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de betreffende investering in mindering gebracht; in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven. Op slijtende investeringen wordt vanaf het moment van ingebruikneming lineair afgeschreven op basis van de verwachte gebruiksduur, zoals opgenomen in de financiële verordening artikel 212. Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven. In afwijking van de bepalingen in de financiële verordening worden de activa van vóór de invoering van verordening artikel 212 Gemeentewet afgeschreven op basis van het destijds geldende afschrijvingsbeleid.
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut
Infrastructurele werken in de openbare ruimte, zoals wegen, pleinen, bruggen worden geactiveerd en afgeschreven in 20 jaar. De ondergrond van deze werken wordt daarbij als integraal onderdeel van het werk beschouwd.
Financiële vaste activa
Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalvestrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt voor een langere periode mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal duurzame waardevermindering plaatsvinden.
Van een deelneming is krachtens artikel 1 lid e BBV sprake als de gemeente participeert in het aandelenkapitaal van een NV of BV.
Voorraden
De overige grond- en hulpstoffen (magazijnvoorraden) worden gewaardeerd tegen standaard verrekenprijzen die zijn gebaseerd op de gemiddeld betaalde inkoopprijs. Verschillen tussen de standaard verrekenprijs en betaalde inkoopprijs worden als resultaat verantwoord. Incourante voorraden worden afgewaardeerd naar geschatte marktwaarde.
De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken), evenals een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten. Voor winstneming geldt de percentage of completion methode: voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd kan tussentijds naar rato van de voortgang van de grondexploitatie winst worden genomen. Hiervoor moet het resultaat op de grondexploitatie wel op betrouwbare wijze kunnen worden ingeschat. Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:
1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat;
2. De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht;
3. De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie genomen).
Zolang daarvan geen sprake is, worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht. Er wordt een voorziening gevormd voor grondexploitatieplannen die naar verwachting verliesgevend zullen gaan sluiten.
Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of lagere marktwaarde. Dat laatste doet zich met name voor indien voorraden incourant worden. De kostprijs bestaat uit verrekenprijzen van grond- en hulpstoffen en de loon- en machinekosten die aan vervaardiging kunnen worden toegerekend.
Uitzettingen korter dan 1 jaar
De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening opgenomen. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.
Liquide middelen en overlopende activa
Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.
Bestemmingsreserves
Bestemmingsreserves worden alleen ingesteld indien de gemeenteraad daartoe als zodanig een besluit heeft genomen. Op deze reserves wordt geen rente bijgeschreven, tenzij de gemeenteraad hiertoe uitdrukkelijk heeft besloten.
Grondslagen balans
Voorzieningen worden op grond van het BBV gevormd voor:
- verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op balansdatum onzeker is doch redelijkerwijs te schatten;
- bestaande risico’s op balansdatum terzake van verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is;
- kosten die in een volgend begrotingsjaar worden gemaakt maar de oorsprong hebben in het begrotingsjaar of een eerder begrotingsjaar en de voorziening strekt tot kostenegalisatie;
- middelen van derden waarvan de bestemming gebonden is (bijdragen van overheden zijn verantwoord onder de overlopende passiva).
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting en/of het voorzienbare verlies. De onderhoudsegalisatievoorzieningen zijn gebaseerd op de meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen. In de paragraaf ‘onderhoud kapitaalgoederen’ wordt nader ingegaan op de ontwikkelingen met betrekking tot het onderhoud van kapitaalgoederen.
Vaste schulden langer dan 1 jaar
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van een jaar of langer.
Vlottende passiva
De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde.
Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen
Verplichting voortvloeiend uit leasing
De waardering van de verplichting uit hoofde van financial lease van vervoermiddelen vindt plaats tegen de contante waarde van de contractueel verschuldigde leasetermijnen.
Borg- en garantstellingen
Leningen door de gemeente gewaarborgd, zijn buiten telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.